vrijdag 25 mei 2018

Boek in de hand en rug naar de toekomst

Ik vraag me af of mijn roman ooit als papieren boek zal verschijnen. Niet omdat uitgevers Te grijs commercieel of cultureel oninteressant vinden, maar simpelweg omdat het te weinig pagina’s telt. Op zoek naar de essentie van het verhaal heb ik steeds meer scènes weggelaten. Vervolgens ben ik de tekst in blogs gaan zetten. Daarbij moest ik het snoeimes opnieuw hanteren, want lange teksten lezen in dat format is uitermate vermoeiend. 
  

Roque Gameiro - Siege of Lisbon 

Grafische trucs
Ik werkte steeds toe naar een boek van zeker 250 pagina’s. Als de feuilletonversie klaar is, zal er stof zijn voor zo’n 80 pagina’s, zelfs als de grafische trukendoos helemaal wordt opengetrokken. Letters die door hun vorm veel ruimte innemen, een royale spatiëring tussen de letters en een ruime regelafstand kunnen een tekst aanzienlijk verlengen, maar dat heeft zijn grenzen.
De nieuwste versie wordt daarmee nog korter dan het jaarlijkse Boekenweekgeschenk. Het laatste, Griet op de Beecks Gezien de feiten, telt 94 pagina’s. Normaal worden zulke dunne boeken niet gedrukt. Het boekenweekgeschenk is een uitzondering op de regel. Het moet in korte tijd geschreven worden en er uitzien als een extraatje bij de echte aankoop. Een pil van 500 pagina’s voldoet niet aan deze eisen.   
   
Dikke Reconquista
Zou het erg zijn als Te grijs niet verschijnt als tastbaar en ruikbaar boek? De functie van het fysieke boek verandert. De vriendin van mijn oudste zoon  heeft bij het samenwonen honderden fictieboeken ingebracht. Ze zijn zo mooi gaaf dat ik me afvroeg of ze wel gelezen waren. Het antwoord was verrassend:
“Ik koop alleen boeken die ik gelezen heb. Want dat weet ik dat ze goed zijn.”
Lezen doet ze op haar e-reader. De fysieke boeken houden haar herinnering levend en geven vorm aan haar literaire profiel. Voor leesgebruik zijn ze onhandig, temeer omdat de boeken steeds dikker worden. Dat weet ik ook eigen ervaring. Zelf kreeg ik voor mijn 67-ste verjaardag Reconquista van Miquel Bulnes (703 pagina’s) en Tussen drie plagen (1018 pagina’s) van de Estlandse schrijver Jaan Kross. Deze lijvige werken wegen respectievelijk een en anderhalve kilo, wat vooral bij lezen in bed belastend is.      

Woorden bewaren
Het fysieke boek is traditioneel de enige manier om het gesproken woord te bewaren en te verspreiden. Deze functie is achterhaald door laagdrempelige digitale alternatieven. Als ik eind augustus weer in Spanje camino ga lopen, heb ik mijn verhaal al in blogs gepubliceerd op internet.
Na thuiskomst uit Santiago de Compostella ga ik werken aan de tekst voor het e-book. Desnoods kan ik dat zelf maken en via bol.com verkopen. Als ik een uitgever vind, zal die zeker een fysiek boek willen. Hopelijk wil hij me helpen om aan volume te komen. Een papieren versie trekt extra lezers, want de gehechtheid aan het traditionele boek is sterk, zeker onder ouderen. Die accepteren nieuwe technologieën meestal schoorvoetend, ze bewegen zich door de tijd met hun rug naar de toekomst. Zoals Diederik en collega’s in het volgende fragment. Het hoofdstuk vind je in een apart blog.    

Met de rug naar de toekomst
De volgende dag is Diederik op kantoor en verzet relatief een hoop werk, tot halverwege de middag het netwerk hapert en uitvalt. Een deel van de collega´s gaat meteen naar huis, anderen gaan de stad in om te shoppen. Diederik blijft achter met drie afdelingscollega’s, alle op leeftijd.
“Hebben jullie gisteren de Stones op tv gezien?” vraagt de huisstijlcoördinator. “Dat is nog altijd goede muziek, die maken de muzikanten van nu niet meer. Je zag ook veel jongeren in het publiek, viel me op.”
“Die balen ook van al die rap en hiphop,” valt de souschef hem bij. ”Een beetje schelden en fuck roepen, dan hebben die zogenaamde muzikanten weer een nummer. Ook jongeren willen kwaliteit.”
“Ik heb een leuk boek gelezen over de Stones,” vertelt de drukwerkmanager. ”Je gaat toch anders naar die bekende songs luisteren als je de context kent waarin ze gemaakt zijn.”
“Uiteraard lees je je boeken op een e-reader,” zegt de souschef plagerig.
De drukwerkcoördinator maakt een afwijzend gebaar.
“Dat vind ik geen echt lezen. Een boek moet in je hand liggen en als je het dicht bij je neus houdt, moet je het papier kunnen ruiken.”
“Ik ben het helemaal met je eens, hoor,’’ zegt de souschef. “Ik lees papieren boeken en de papieren krant. Punt. Het blijft natuurlijk eeuwig jammer dat de krant zo tijdschriftachtig is geworden, geen spannende voorpagina, geen weerbericht. En hij ritselt niet  meer.”
Dat is Diederik ook opgevallen.
“Volgens mijn zoon kan ik bepaalde hoge tonen niet meer horen,” zegt hij. De drukwerkman wijst iedere suggestie van gehoorverlies resoluut van de hand.
“Lijkt me onwaarschijnlijk dat het daaraan ligt. Het krantenpapier is sowieso veranderd en de krant is anders gevouwen, dus dat geeft een ander geluid. Ik heb juist het idee dat ik beter hoor. ’s Nachts word ik wakker van het minste gerucht”
.

Het reactieveld onder dit blog komt tevoorschijn als je klikt op Opmerkingen. Klik de klaplijst achter Reageer als open en klik op Naam/URL. Voer je naam in en als URL: www.mn.nl. Jouw naam komt dan in het reactieveld. Je kunt me natuurlijk mailen op michiel.nooren@outlook.com

Geen opmerkingen:

Een reactie posten