vrijdag 29 oktober 2021

Je kunt het niet zo gek verzinnen…

Je kunt het niet zo gek verzinnen, of het is waar gebeurd, dat constateerden Cécile Sanders en ondergetekende bij het schrijven van In de schaduw van de Wolkenkrabber. De hoofdpersoon, Marjan de Vries is onvoorstelbaar zwaarlijvig. Wij zijn allebei redelijk slank en stelden ons iemand voor van boven de honderd kilo. Volgens het Guinness Book of Records woog de Amerikaan Jon Brower echter zes keer zoveel, 635 kilo. Na het bereiken van deze mijlpaal moest hij wel naar het ziekenhuis, want de longen en het hart konden zo’n enorm lijf niet van voldoende zuurstof voorzien. Hij slankte vervolgens dramatisch af tot 362 kilo, maar overleed evengoed op zijn twintigste.


Begrafenisboot
Ik maakte me zorgen over de plaats waar Marjan de Amstel in wordt gereden en verdrinkt. Het water bleek bij het peilen ter plekke minder dan een meter diep. Mijn zorgen waren echter overbodig: een paar maanden later verdronk een automobilist in een slootje van vijftig centimeter. Ook het plot van een mediagenieke nepschrijver die de anonieme, echte schrijvers vervangt, bleek behalve een vrucht van onze rijke fantasie, ook platte realiteit.

Zelfoverschatting
Angst om niet realistisch te zijn, vloeit voort uit overschatting van de fantasie. In 1898 bedacht Morgan Robertson het boek over een gigantisch schip dat op een ijsberg voer. Veertien jaar later botste het grootste passagierschip in de wereld op een ijsberg en zonk. Robertson had zelfs de naam bijna goed: Titan in plaats van Titanic.
Schrijvers kunnen dus veel fantaseren. Zelfs de wilde fantasieën van Jules Verne over grote onderzeeërs (Vingt mille lieues sous les mers 1869) en maanvluchten (De la terre à la lune 1865) zijn uitgekomen.
Waar het om gaat, is geloofwaardigheid. Henry Rider Haggard creëert in She (1886) een hoofdpersoon die tweeduizend jaar tevoren haar minnaar in drift doodde. Sindsdien slaapt ze elke nacht naast zijn gebalsemde lichaam, in afwachting van zijn reïncarnatie. De stenen trap is danig ingesleten door de sandaaltjes die ze draagt op de tienduizenden eenzame afdalingen naar de grafkelder, meldt Haggard en dat detail maakt de scène voorstelbaar. Rider Haggard en Jules Verne among others gaan uit van suspension of disbelief. De lezer weet dat hij een ander universum betreedt dat op het zijne lijkt, maar het niet is. Hij laat zich verrassen.

Realiteitsverfraaiing
Mijn mening is dat de menselijke fantasie beperkt is en op de menselijke realiteit voortbouwt. Daartegenover staat dat wij de werkelijkheid ook niet echt kunnen beschrijven. We hebben alleen letters, zwarte patroontjes op een wit vlak, om een driedimensionale, bonte en geurige werkelijkheid op te roepen bij lezers die we slecht kennen. En dan zijn er het wensdenken en de neiging tot verfraaiing, waardoor met name autobiografieën vaak een realiteit schetsen die alleen de schrijver herkent. Dus ja, wat je bedenkt is dikwijls waar of realistisch, binnen grenzen.  

Met dank aan Cécile Sanders (research) en Angeline Jansen (eindredactie)

De simpelste manier om te reageren is via facebook of michiel.nooren@outlook.com. Onder dit blog komt het reactieveld tevoorschijn als je klikt op Opmerkingen. Klik de klaplijst achter Reageer als open en klik op Naam/URL. Voer je naam in en als URL: www.mn.nl. Jouw naam komt dan in het reactieveld 

vrijdag 22 oktober 2021

Prijzenkans stijgt met de juiste setting

De kans dat een officieel uitgegeven boek meer dan 25 exemplaren verkoopt, is gering. Romans van onbekenden sterven na publicatie een stille dood, tenzij de recensenten meteen toehappen en/of het boek een prijs krijgt. En er zijn veel prijzen, zoveel dat de Wikipedia er 150 opsomt, alleen voor Nederland. De lijst voor het Nederlands taalgebied is dermate lang dat je altijd wel ergens bekroond kan worden, lijkt het. De Charlotte Köhlerprijs voor Literatuur of de Schaduwprijs moet toch haalbaar zijn, of desnoods een Zoute Zoen.

Naar de Mis
Aan veel prijzen zijn speciale eisen verbonden, zoals de leeftijd van het (beoogde) publiek. Er zijn veel onderscheidingen voor kinderboeken. Verder is er onderscheid tussen fictie en non-fictie, regio, genre, stad, buurt, dialect enzovoort.

Toen ik dit bonte palet overzag, besefte ik hoe mager het aanbod aan boeken voor de meeste gespecialiseerde prijsverleners moet zijn. Zij krijgen weinig publicaties en zijn blij met goede kandidaten. Conclusie: lokaliseer je verhaal door herkenbare details, laat katholieken eens in de kerk zitten, laat je verhaal spelen in de klassieke oudheid. Als het niets afdoet aan het verhaal, natuurlijk. En als er een prijs voor is.      

Heilzame omgeving
Door de leefomgeving van je verhaal te benoemen, vergroot je niet alleen je kans op een prijs, maar krijg je sowieso meer aandacht van media die op hun terrein een lagere nieuwsdrempel hanteren. Mijn eigen Een kleine promotie lijdt aan gebrek aan marketing-focus. De doelgroepen (bankpersoneel, pr-medewerkers, oudere werknemers, oudere mannen in het algemeen) zijn te groot om te bereiken. Ik heb daar te licht over gedacht. Ik droomde ervan dat ik via het blog met mijn roman viraal zou gaan, of dat een uitgever mijn werk aan de wereld bekend zou maken. Verkopen blijkt echter noeste arbeid en de mogelijkheden zijn beperkt. Volgende keer kijk ik eerst naar de prijseisen vóór ik weer ga schrijven.  

Met dank aan Cécile Sanders (research) en Angeline Jansen (eindredactie)

De simpelste manier om te reageren is via facebook of michiel.nooren@outlook.com. Onder dit blog komt het reactieveld tevoorschijn als je klikt op Opmerkingen. Klik de klaplijst achter Reageer als open en klik op Naam/URL. Voer je naam in en als URL: www.mn.nl. Jouw naam komt dan in het reactieveld 

vrijdag 15 oktober 2021

Nobel-comité mag discrimineren

Voor het eerst in 268 keer was ik vergeten dat het blogdag was. Ik had mijn researcher gebriefd over het onderwerp: literatuurprijzen. Dit naar aanleiding van de Nobelprijs voor literatuur aan de vrij onbekende Abdulrazak Gurnah. Mijn vergeetachtigheid is te verklaren door de ontspanning. Ik heb het materiaal voor het e-book opgestuurd, waarmee het eind van het romanproject Een kleine promotie in zicht komt. Ik moet wel waakzaam blijven en dat is moeilijk voor een mens. Ook de meeste auto-ongelukken gebeuren aan het eind van de vakantie, vijftig kilometer van huis.

Bleke Poolse
Terug naar de Nobelprijswinnaar die als tiener al in Engeland ging wonen, maar zwart is en in Afrika geboren. Dat gaf reuring. Vorig jaar kreeg de Poolse Olga Tokarczuk een prijs en die had ook geen internationale faam. Ze stak bleekjes af tegen de bekende Oostenrijker Peter Handke, die terug kan zien op een substantieel en succesvol oeuvre. Ook hij kreeg de prijs  en ook de prijs kreeg, want die was een jaar niet uitgereikt wegens de corona-epidemie. In de traditie van een prijs die eerder naar Pearl Buck, Ernest Hemingway, Thomas Mann, Boris Pasternak en John Steinbeck ging. De Poolse mevrouw Tokarczuk en nu de zwarte Gurnah lijken te profiteren van hun herkomst. Het Nobel-comité wil inclusief zijn en laten zien dat ook buiten de grote cultuurgebieden en door vrouwen goede boeken worden geproduceerd. Zij wil niet alleen een beloning zijn voor de prestaties van blanke mannen, maar talent signaleren en zo tot bloei brengen.

Idealistische dynamietkoning
Beide zijn het nobele doelen. Wat de doorslag geeft, is de bedoeling van de kinderloze dynamietkoning Alfred Nobel. Die stipuleerde dat “geen enkele aandacht moest worden geschonken aan nationaliteit.” Ik lees dat als de moderne non-discriminatieverklaring. Wat dat betreft zit het Nobelcomité niet op de lijn van de initiatiefnemer. Positieve discriminatie is ook discriminatie.  
Nobel specificeerde echter dat het voor literatuur ging om “het meest opmerkelijke werk met een idealistische trend.” Gurnah kan met zijn migrantenpublicaties anderen aan het denken zetten. Ook kan hij anderen, waaronder schrijvers, het besef bijbrengen dat zwarte Afrikanen hun huidskleur delen, maar niet veel meer. Genetisch verschillen ze meer van elkaar dan bijvoorbeeld Europeanen van Chinezen.
Laten we aannemen dat opmerkelijk bijzonder betekent en idealistisch dat haatzaaiers niet welkom zijn. Dan heeft het comité wel degelijk in de geest van de oprichter gehandeld. Ervan uitgaande dat Gurnah iets bijzonders te melden heeft. Ik zal naar de boekwinkel gaan.  

Met dank aan Cécile Sanders (research) en Angeline Jansen (eindredactie)

De simpelste manier om te reageren is via facebook of michiel.nooren@outlook.com. Onder dit blog komt het reactieveld tevoorschijn als je klikt op Opmerkingen. Klik de klaplijst achter Reageer als open en klik op Naam/URL. Voer je naam in en als URL: www.mn.nl. Jouw naam komt dan in het reactieveld 

vrijdag 8 oktober 2021

“Promotie” eigenlijk schurkenroman

Er zijn ongetwijfeld in het boekenvak experts die de reacties op een publicatie redelijk kunnen voorspellen. Zelf blijf ik me verbazen. Mijn roman Een kleine promotie is in wezen een schurkenroman. Hoofdpersoon Diederik en zijn bankcollega Iris helpen het Nederlandse publiek voor honderden euro’s per persoon op te lichten door de gang van zaken te rooskleurig voor te stellen. Mede door hun werk kan de B-bank doorgaan met verlies lijden. Leveranciers en de overheid betalen de rekening, wat voor het publiek onder andere betekent nog minder woningbouw en langere wachttijden in de zorg. Het geld voor riante bestuurdersvergoedingen en domme investeringen moet tenslotte ergens vandaan komen.   


Illegaal genezen
Achteraf begrijp ik dat iedereen verwacht dat bankmensen hun tijd besteden aan leugens en oplichting. Wat dat betreft is de reputatie van de financiële sector bijna net zo slecht als van de journalistiek. Ik heb in beide bedrijfstakken gewerkt en heel wat verjaardagen meegemaakt waarin mijn branche werd afgekamd. Toch kwam het voor mij als een schok dat het gedeelte in het boek over de volstrekt immorele bankierseed voor zoete koek door mijn lezers werd geslikt.

Verbazender vond ik de reactie op het effectieve kankermedicijn dat de zoon van de hoofdpersoon ontwikkelt. Dat wordt illegaal beproefd op een ongeneeslijk zieke Afrikaan, die dankzij dit middel weer fluitend zijn bestaan oppakt. Geen lezer die daar blijdschap over uitte. De genezing is immers in strijd met de wet.   

Trots op Oberammergau
Onverwacht was ook de veroordeling van de hoofdpersoon als een depressieve slappeling. Komaan! De man houdt zijn baan als oudere werknemer bij een noodlijdend bedrijf, in een situatie waarin zijn ervaring en normen niet tellen. Hij is in overlevingstand en heeft zijn trots opzij gezet. Gebruikelijk, maar voor sommigen onvergeeflijk.
Ik had daar weinig begrip voor, tot ik vanochtend terugdacht aan een boek over een man in een concentratiekamp. Hij is volkomen overgeleverd aan de Nazi’s, maar heeft één keer op het bevel “Ein Lied!” meegezongen met een Engelstalige compositie.
“We’ll go to Oberammergau,” brulden ze, hoewel Engels een verboden taal was en ze geen enkele zeggenschap hadden over waar ze heen gingen. De bewakers hadden niets door en de verwachte straffen bleven uit. Toch was de bevrediging groot, ook decennia na de bevrijding. Met het lied bewezen de gedetineerden dat ze nog altijd mensen waren met een eigen wil.

De simpelste manier om te reageren is via facebook of michiel.nooren@outlook.com. Onder dit blog komt het reactieveld tevoorschijn als je klikt op Opmerkingen. Klik de klaplijst achter Reageer als open en klik op Naam/URL. Voer je naam in en als URL: www.mn.nl. Jouw naam komt dan in het reactieveld 

vrijdag 1 oktober 2021

Hopelijk heb ik haar lijden verlicht

IJdelheid is een van de vele redenen om een boek te schrijven. Schrijver zijn, geeft status. Een andere belangrijke motivatie is de behoefte misverstanden recht te zetten. Een voorbeeld van dat laatste is Lijden in stilte (2018) van Annemarie Ongolesono. Ik kreeg het boek toegestuurd als proeve van bekwaamheid van Boekengilde in Enschede. Ongolesono’s  autobiografie zag er prima uit en ik liet het gilde prompt honderd exemplaren drukken van mijn oudere werknemer-roman Een kleine promotie.


Koude kikkerlandje
Ik liet Ongolesono’s boekje lang slingeren, maar steeds trok de coverfoto van een Aziatische vrouw mijn aandacht. Only one way to find out. Het bleek te gaan over een Surinaamse vrouw die een restaurant dreef, Jawa City in Almere. Zij vertelt in 150 pagina’s over haar kindertijd in het warme Suriname en haar leven tot nu toe, in ons “koude kikkerlandje”. Het is vooral in Nederland dat ze geleden heeft. In stilte of althans zonder het gevoel gehoord te worden, vandaar het boek. De structuur kon beter, maar ze vertelt haar verhaal voortreffelijk, wat een aanzienlijke prestatie is.   

Serieus maar onwetend
De coverfoto laat er geen twijfel aan bestaan dat Ongolesono serieus genomen wil worden. Als geslaagd zakenvrouw en als liefhebbende opvoeder. Ik had moeder willen zeggen, maar in de Surinaamse cultuur liggen zaken ingewikkelder dan ik gewend ben. Haar eigen kinderen voedt ze niet allemaal op, maar ze neemt wel een nichtje onder haar hoede. En daar gaat het mis, want Ongolesono’s partner misbruikt het meisje, wat ze pas ontdekt als de politie wordt getipt door haar broer en hem arresteert. Na het uitzitten van zijn straf neemt Ongolesono de man weer in huis, dit tot verbijstering van haar familie, die er de bevestiging in ziet van hun vermoeden, dat de pleegmoeder minder onwetend was dan ze zegt.   

Rem op weten
Met het boek wil de schrijfster duidelijk maken dat ze echt van niks wist, ondanks dat ze boeken over ontucht las in de maanden vóór de arrestatie. Ik denk dat die machteloze poging om haar onwetendheid aan te tonen mijn medelijden wekte. Ik schreef haar een troostende brief, waarin ik betoogde dat ’weten’ een moeilijk begrip is, als je van je partner houdt, hem vertrouwt en van hem afhankelijk bent. Bewust weten zou betekenen dat je alles kwijt raakt: je partner, je familie, je huis en je inkomen. Bovendien liggen de zaken ingewikkeld door de nauwe band tussen dader en slachtoffer, dat er vaak het beste van maakte en naar haar tante onduidelijk was. Al die omstandigheden vertroebelen het zicht en daarmee de schuld van het niet gemerkt hebben, schrijf ik aan mevrouw Ongolesono. “Ik vrees dat er nog genoeg wroeging overblijft,” voeg ik daaraan toe.  

De simpelste manier om te reageren is via facebook of michiel.nooren@outlook.com. Onder dit blog komt het reactieveld tevoorschijn als je klikt op Opmerkingen. Klik de klaplijst achter Reageer als open en klik op Naam/URL. Voer je naam in en als URL: www.mn.nl. Jouw naam komt dan in het reactieveld