vrijdag 24 november 2017

Literaire opfrissing start met donzige verassing

Alleen het voornemen om literair op te frissen heeft me al gestimuleerd. Ik had een productieve week en heb goed gewerkt aan Te grijs, waarbij ik een paar zinnen schreef waarin de Me too-campagne doorklonk. Daarover volgende week meer.      



Gelauwerd maar onbekend
Voor het verse leesvoer van eigen bodem kan ik terugvallen op De Nederlands literatuur van de 21ste eeuw  van Wim Brands (1959-2016). Deze dichter en VPRO-presentator (Boeken) publiceerde kort voor zijn dood fragmenten van zestig schrijvers die in het nieuwe millennium hun prozadebuut hebben gemaakt. Ik hoop dat de lezer meer in het heden leeft dan ik, want ik heb alleen Peter Buwalda (Bonita avenue, 2012) en Robert Vuijsje (Alleen maar nette mensen, 2008) gelezen. De 58 andere auteurs, soms overladen met lof en prijzen, zeiden me niets. Bijna alles dat er sinds 2000 in literair Nederland is gebeurd, is dus langs mij heen gegaan. Een verontrustende constatering voor iemand die aansluiting zoekt bij het huidige lezerspubliek.      

Van Bervoets naar Mersbergen
Het zal nog even duren voor ik thuis ben in het contemporaine schrijverslandschap. Een vriendin die meer bij de tijd is, selecteerde de vijf boeken die het meest positief in de media zijn ontvangen. Het lijstje is chronologisch.
1)     Hanna Bervoets: Fuzzy (2017)
2)     Leonard Ilja Pfeijffer: La superba (2014)
3)     Maartje Wortel: IJstijd (2014)
4)     Peter Buwalda: Bonita Avenue (2012)
5)     Jan van Mersbergen: Naar de overkant van de nacht (2011)

Fuzzy Bervoets
Fuzzy is vers van de pers. Het is het zesde boek van de 43-jarige Hanna Bervoets, die in 2009 debuteerde met de psychologische roman Of hoe waarom, een onconventionele titel.  Het nieuwste werk heeft wel een mainstream-titel, maar is eigenzinnig in zijn aanpak. Het verhaal wordt verteld door een donzig bolletje, dat zich handig met de personages aanvriendt, zoals blijkt uit de eerste alinea:
“Hé jij, ben je daar eindelijk. Ik ben zo blij dat je mij gekozen hebt. Hoewel ik nog maar net in je handen lig, heb ik het gevoel dat ik je al heel lang  ken. Mag ik zeggen dat je mooi bent?”

Alwetend bolletje
Heel verfrissend is dat Bervoets precies doet, wat ik probeer te vermijden, namelijk de nadrukkelijk aanwezige alwetende verteller. Hanna Bervoets could not care less. Het bolletje Fuzzie vertélt de personages wie ze zijn. Een voorbeeld, actueel wegens de komende feestdagen, laat dat zien en maakt ook duidelijk hoe goed Bervoets kan schrijven.
“Je houdt, op zich, best van een feestje, maar ademt, na al die jaren, nog altijd diep in voordat je in je eentje een verjaardag betreedt. Zelf vier je zelden iets. Je kijkt op tegen de peuken in je dakgoot en de platgetrapte confetti in je kleed. Bovendien draag je liever niet de verantwoordelijkheid voor het welzijn en geluk van anderen, je hebt je handen vol aan je eigen geluk en welzijn, best een zware last: jij bent de laatste die je teleur wilt stellen.”
  
Het reactieveld komt tevoorschijn als je klikt op Opmerkingen. Klik de klaplijst achter Reageer als open en klik op Naam/URL. Voer je naam in en als URL: www.mn.nl. Jouw naam komt dan in het reactieveld.

vrijdag 17 november 2017

Verlangen naar literaire ontslakking

Ik ben toe aan een literaire ontslakkingskuur. De lezer kent de advertenties wel voor zuivering van je interne milieu van opgehoopte afvalstoffen zoals vetophopingen en gekristalliseerd urinezuur. Na een week sapvasten in groepsverband is je lichaam bevrijd van deze ballast en klaar voor gezonde voeding en een fris en fruitig leven. Dat is nu precies wat ik wil, een schoon hoofd en een nieuwe start.      


Handige pinguïns
De behoefte aan zuivering ontstond deze week, toen ik V.S. Naipaul’s A bend in the river meenam als bedliteratuur. Het was een fraai vormgegeven, maar sleetse Penguin Classic. Toen ik hem opensloeg, viel mijn blik op een aantekening op de binnenkant van de kaft. In licht vervaagde balpenletters stond er de naam van mijn partner en het jaartal 1980. Toen, 37 jaar geleden dus, had zij het boek gekocht en toen hadden wij het beiden gelezen.
In 1980 was ik net begonnen in mijn eerste baan als journalist. Ik ben nu gepensioneerd. Toen was vaderschap iets wat ik ooit wilde. Nu heb ik vier kinderen en verlang ik naar kleinkinderen. Alles in mijn leven heeft zich ontwikkeld, maar in mijn boekenkast domineren nog altijd de Engelstalige Classics, gekocht  omdat ze handzaam en betaalbaar waren, terwijl Nederlandse boeken dik waren en duur.

Harry Arro  
Daar in bed, met Naipauls boek voor me op de dekens, zag ik wie ik ben, een oudere man met een hoofd vol oude boeken die werkt aan een roman die het publiek van deze tijd moet boeien. Ik had geen zin meer om te lezen en deed het licht uit. Peinzend lag  ik daar naast mijn slapende partner en kwam het woord ontslakking in me op.
Ik kon me voorstellen dat mijn probleem algemener was en de volgende dag wees iemand me erop dat wijlen Harry Mulisch een journalist had verteld dat hij geen romans meer las. Met kenmerkende arrogantie legde hij uit: “Een roman is een eindpunt, een kunstwerk, daar heb ik verder niks aan. Een kunstwerk maak ik zelf wel.” Bovendien had hij alles wat tot de wereldliteratuur behoort al gelezen voor hij 35 werd.         

Verse voeding  
Een leven met alleen non fiction is voor mij ondenkbaar. Ook heb ik een lange lijst klassieken die ik nog wil lezen. Maar niet nu, heb ik besloten. Een jaar lang ga ik alleen boeken lezen van de 21-ste eeuw. De beste romans, de klassieken in de dop. Ik zal ze opzoeken en volgende week een overzicht geven met welk fris leesvoer ik mijn geest ga ontslakken.  
Het reactieveld komt tevoorschijn als je klikt op Opmerkingen. Klik de klaplijst achter Reageer als open en klik op Naam/URL. Voer je naam in en als URL: www.mn.nl. Jouw naam komt dan in het reactieveld.

vrijdag 10 november 2017

Niet kritischer zijn dan de lezer

Sommige lezers zullen zich er over verbazen dat er opnieuw een blog staat, terwijl ze het vorige net gelezen hebben. Is dit een teken dat ik mijn creatieve energie in het bloggen stop, omdat ik haar in de roman niet kwijt kan? Ik kan de lezer geruststellen. Ik heb dagelijks aan de grote tafel in de keuken gezeten en geredigeerd. Het vorige blog, over schrijven met de voeten, is zoals aangekondigd vorige week vrijdag verschenen. Er ging echter iets mis met de  melding op facebook. Sinds die eergisteren verscheen, piekt het aantal pageviews. Er wordt veel gemopperd op de overvloed van facebook. Ook zou facebook achterhaald zijn door andere social media. Alsnog is de communicatieve kracht enorm.
  


Trillende handjes,

Ik ben maandag met trillende handjes aan de slag gegaan. Ik heb haast en wil dolgraag eindelijk meters maken. Daarvoor heb ik een scherpe blik nodig voor verbeterpunten en de creativiteit om oplossingen te vinden. Niet te veel creativiteit, want dan ga ik zoveel veranderen dat ongeveer het hele verhaal op de schop moet. In plaats van een bankemployé maak ik Diederik bijvoorbeeld PvdA-politicus die allerlei onoprechte verhalen moet houden en alsnog zijn zetel kwijtraakt. Spannend idee, maar veel te arbeidsintensief.
De creativiteit moet dus binnen de perken blijven. De kritische blik mag ook niet te scherp zijn, want dan vind ik iedere regel verkeerd en raak in een depressie die ik als een echte romanschrijver moet bestrijden met alcohol, drugs en te jonge vrouwen. Het medicijn trekt me wel, de aandoening niet.


Da Vinci Code  
Soms is een tekst goed genoeg en moet je niet eindeloos gaan optimaliseren. Ik geef een voorbeeld uit de Da Vinci Code. Hoofdpersoon Robert Langdon wordt na openingstijd in het Parijse Louvre ontvangen en auteur Dan Brown beschrijft wat hij ziet.
“De galerijen die anders zo goed verlicht waren, waren vannacht schrikwekkend donker.”   Mijn observatie: die anders zo goed verlicht waren is overbodig. Langdon schrikt immers van de duisternis.  
In plaats van het gebruikelijke gelijkmatige witte licht dat van boven naar beneden viel.Het houdt niet op. Hadden de ouders van Brown een lampenzaak?
leek er nu een zwakke rode gloed uit de plinten naar boven te stralen.Er zitten dus zwakke rode lichtjes in de bovenkant van de plinten.      

Plassen rood licht  
Met gelijke tussenruimten vielen er plassen rood licht op de tegelvloer, vervolgt Brown.
Die zwakke plintlampjes produceren geen plassen licht en schijnen naar boven. Er is dus een tweede set van krachtigere lampen. Vreemd genoeg duidt Brown die alleen indirect aan, terwijl hij de normale, bij de lezer bekende museumverlichting twee keer beschrijft en er één keer aan refereert. Knullig is ook het gebruik van het woord leek. Dat slaat niet op de rode gloed, maar op de suggestie van de schrijver dat de plintverlichting de enige verlichting is.         

Onverbiddelijke bestseller  
De conclusie is duidelijk: Dan Brown heeft een onevenwichtig en vaag stuk tekst geproduceerd. De Da Vinci Code bevat er nog veel meer. Er zijn evengoed 80 miljoen exemplaren van het boek verkocht, dus die passages staan het leesgenot niet in de weg. Tweede conclusie: sla niet aan op elke vaagheid en doublure. Het succes van een boek hangt van andere dingen af.   
Het reactieveld komt tevoorschijn als je klikt op Opmerkingen. Klik de klaplijst achter Reageer als open en klik op Naam/URL. Voer je naam in en als URL: www.mn.nl. Jouw naam komt dan in het reactieveld.

vrijdag 3 november 2017

Klaar om te schrijven met de voeten

Ja, ik heb er weer zin in. Nee, ik heb nog niet stiekem de file tegrijsconcept.docx geopend. Dit weekend mag ik nog nagenieten van de geluksopvliegers tijdens de lange wandeltocht door Noord-West Spanje. Van het fantastische vuurwerk waarmee de zon de nieuwe dag vierde. Van het genot om na tien kilometer wandelen te ontbijten met een cafe con leche en een bocadillo. Van de vrijheid om een dag voor je te hebben waarin je alleen maar de weg hoeft af te lopen die zich kaarsrecht uitstrekt tot de horizon. Zonder het knagende gevoel dat allerlei taken wachten op voltooiing, zoals de roman. Ik heb tijdens de camino meermalen willen schrijven, maar nooit aan Te grijs, Keertij of hoe mijn verhaal ook zal heten als het gepubliceerd wordt.

 

Fotoalbum Te grijs
Een kleine schrijftaak heb ik al voltooid. Ik heb het concept afgemaakt van een artikel voor Jacobsstaf, het magazine van de Nederlandse vereniging voor caminogangers. De oplage van het blad is 16.000, waarmee het in gedrukt aantal de meeste opiniebladen overtreft en ook bijna alle romans, in Nederland en elders. Een dankbaar en lekker journalistiek klusje, dat volgens plan is verlopen.
Ook voor de roman heb ik een plan. Dit jaar telt nog acht weken. Mijn manuscript heeft 70.000 woorden. Als ik iedere week 10.000 woorden redigeer houd ik nog een week over om eventuele vertragingen in te lopen. Ik werk vier dagen per week aan de roman, dus dat worden 2500 woorden per dag, amper vijf A4-tjes. Wat me bevalt laat ik staan en dat zal het meeste zijn. Om een beeld te gebruiken: ik heb de foto’s voor het album klaar. Een enkele moet nog bewerkt worden, maar het gaat vooral om het inplakken op de juiste plek.

Camino in de woonkeuken  
Maar daarmee ben je toch al meer dan een jaar bezig, zal de trouwe bloglezer zeggen. Inderdaad, maar ik hoop dankzij de camino een nieuwe start te kunnen maken. “Je wilt je schrijfproblemen oplossen met je hoofd,” zei een Zen-priesteres vooraf tegen mij. ”Als je loopt, zul je leren denken met je voeten, met je lichaam dus.”
Nu moet ik zeggen dat ik tijdens de tocht vooral niet heb nagedacht. Toch voel ik me goed voorbereid op de nieuwe werkzaamheden. Plannen en piekeren heb ik genoeg gedaan. Ik ga nu mijn personages door het verhaal wandelen en zien wat zij zien en voelen wat zij voelen. Schrijven met de voeten wordt het, een tweede camino, maar dan niet met Peter en Jana, maar met Diederik en Claudia. En niet door het wijdse Spaanse land, maar in mijn woonkeuken in Amsterdam-Zuid. Ik verwacht een prettige tocht, met veel geluksopvliegers.


Het reactieveld komt tevoorschijn als je klikt op Opmerkingen. Klik de klaplijst achter Reageer als open en klik op Naam/URL. Voer je naam in en als URL: www.mn.nl. Jouw naam komt dan in het reactieveld.