vrijdag 16 september 2016

Het gastvrije depot van de KB en het talent van Iris

Tussen de miljoen kranten, tijdschriften en pamfletten in de Koninklijke Bibliotheek bevindt zich een dozijn exemplaren van ISSN 0926-7921: Dodo, Schrijversblad voor de Omroep. Sobere schriftjes van dubbelgevouwen A4-tjes, geniet in een omslag van bruin pakpapier. Ze werden alleen verspreid bij de Wereldomroep, waar de auteurs in de jaren tachtig werkten als journalist of vertaler. Het was met grote aarzeling dat ik de KB vroeg om deze marginale productie op te nemen in het Depot van Nederlandse Publicaties en te bewaren voor all eternity. Dat was echter geen enkel probleem. Geneer je dus niet als je je publicatie (in eigen beheer) beschikbaar wilt houden voor nakomelingen en onderzoekers. De KB is er voor.


  
Volop charme en inspiratie
Een Dodo-contribuant was een Engelse vertaler, die alles had om een succesvol auteur te worden. Zijn charme liet weinig vrouwen onberoerd, een belangrijk asset voor de marketing van literair werk. Zijn schrijfstijl was prachtig en zijn inspiratie jaloersmakend. Je kon hem alles vragen over zijn personages tot de haarkleur en schoenmaat van hun ouders toe. Het was juist deze overvloed aan inspiratie die zijn schrijversloopbaan blokkeerde. Over de kleinste handeling van zijn personages schreef hij al snel een pagina vol, zodat het kortste verhaal al dreigde uit te groeien tot Het bureau-achtige proporties. Voskuils werkkracht en zelfdiscipline miste mijn omroepcollega ten ene male en hij raakte snel afgeleid. Succesauteur werd hij dus nooit. Wel was hij een geweldige radioman.
 

Alles cum laude
Aan deze man heb ik veel gedacht, sinds een meelezer mij vroeg waarom Iris als jonge vrouw zoveel optrok met een "oude vent" als Diederik. Er liepen toch genoeg leuke leeftijdsgenoten rond bij de B-Bank. Mijn radiocollega had dat meteen uitgelegd. Ik zag na  maanden gepieker pas deze week het antwoord. De gewoonlijk opgewekte Iris zit diep in put, ze voelt zich buitengesloten omdat ze anders is dan haar collega’s. Desgevraagd vertelt ze Diederik haar probleem.
“Ik heb twee klassen overgeslagen en was aan de universiteit de jongste eerstejaars.”
“Van je studie, bedoel je,” vraagt Diederik.
“Van de universiteit.”
Hij ziet niet wat daar mis mee is. Zijn zoon ging ook vlot door het onderwijs. Zelf was hij laat en traag.
“Ik heb alles cum laude gedaan. Dat ook nog.”
Diederik behoorde tot de middelmaat, hij had graag ergens in uitgeblonken. .
“Ik had ook vroeg vriendjes, natuurlijk altijd ouder dan ik. Ik kreeg mijn eerste kind toen ik 27 was.”
Hij heeft haar nog nooit zo neerslachtig gezien, zonder hoop.
“Ik ben altijd de jongste en de slimste. ”
“Hoe oud ben je nu?”
“32.”
”Een prima baan, drie kinderen. Je hebt veel bereikt.”
Ze raadt zijn onderliggende gedachte.
“Jij vindt het een luxeprobleem. Iedereen vindt dat. Dat is nog het ergste.”


Geen opmerkingen:

Een reactie posten