zaterdag 26 maart 2016

Veertien Geboden tegen gelul en tierelantijntjes

Van een vriendin kreeg ik How to write good, een lijstje van veertien geboden voor schrijvers. Met  tongue-in-cheek formuleringen als Avoid alliteration. Always. Ik las de geboden, moest glimlachen en probeerde me voor te stellen tot wat voor een tekst deze soberheid zou leiden. Eerst de geboden: 


How to write good

1)      Avoid alliteration. Always
2)      Prepositions are not words to end a sentence with.
3)      Avoid clichés like a plague. They’re old hat.
4)      Comparisons are as bad as cliches.
5)      Be more or less specific.
6)      Writers should never generalise.
7)      Or seven. Be consistent.
8)      Don’t be redundant, don’s use more words than necessary; it’s highly superfluous.
9)      Who needs rethorical questions.
10)   Exaggeration is a billion times worse than understatement.
11)   Never write one word sentences. Period.
12)   Think long and hard before writing anything that could be misconstrued as sexual innuendo.
13)   Never put things in parenthesis (under any circumstances).
14)   Above all else, be terse. Don’t carry on and on. No one likes to keep reading and reading and not go anywhere with it. Make sure that your reader understands what you are trying to convey in as few words as possible.


Gewapend beton
De veertien soberheidsregels deden me denken aan Bordewijks experiment met de Gewapend Betonstijl in het verhaal Bint. Ik ken geen navolgers van deze stijl, maar de eerste zin van Bint is in talloze geheugens gegrift. Leraar De Bree is op weg naar zijn nieuwe school:De Bree zijn denken was hoekig en norsch. De lucht lag laag morsig roetig. Novemberochtend. De wind danste lomp om de hoeken. De boersche reuzin viel over hem met de volle vracht van natte kleeren. De Bree kampte even. Dit was een voorpostgevecht. Hij wist ongeveer waar hij heen ging. Hij had er van gehoord. Hij bereikte het plein met onvertraagden tred door de kolking der tochtgaten.Vervolgens ontmoet hij directeur Bint en begint de oorlog tegen de klas met de bijnaam De Hel.


Veel overtredingen
Bordewijk zondigt in deze passage met de zin Novemberochtend tegen het elfde gebod (geen zinnen van één woord). Als hij de wind beschrijft als De boersche reuzin, die met de volle vracht van natte kleeren over hem heenvalt, overtreedt hij behalve het achtste gebod (geen overbodige woorden) ook het vierde gebod (geen vergelijkingen). Deze zin is tegelijk een schending van het tiende gebod (liever understatement dan overdrijving) en dat geldt eigenlijk voor het hele verhaal. Bint voldoet dus niet aan de regel van de veertien wetten, maar wel aan de geest. De tekst is basic en krachtig. Zo zou ik willen schrijven.   
 
 

Geen opmerkingen:

Een reactie posten