vrijdag 3 mei 2019

Hoofdstuklengte boeit de lezer nauwelijks

Bij vakanties zit je vaak al in de auto, met lopende motor, gordels om, en dan ontdek je dat je iets vergeten bent. Je mobieloplader, een handig mesje, het boek dat je nu eindelijk rustig wilde lezen. Je komt dan tot een full stop. Dat gevoel bekroop me toen de opmerking me te binnen schoot over de grillige hoofdstukindeling van mijn roman. Dit was een van de observaties van de meelezers die ik heb laten liggen. Nu, bij het verzendklaar maken van de roman, moet ik er een besluit over nemen. Het kortste hoofdstuk telt vier pagina’s, het langste 21. Alle hoofdstukken hebben titels.
Katten en robots
Een schrijvende vriend maakt vooraf een exacte indeling van zijn romans. Van alle hoofdstukken en subhoofdstukken staan aantal en lengte vooraf vast. De inhoud wordt over deze structuur verspreid. Maar weinig schrijvers werken zo planmatig, blijkt uit mijn studie van een selectie succesboeken. Het dichtst in de buurt komt Takashi Hiraide: De kat (2001) met 29 naamloze hoofdstukken op 156 pagina’s, alle evenwichtig van een handvol bladzijden. Regelmatig is ook de hoofdstuklengte van mijn nieuwste aanwinst, Ian McEwan: Machines like me (2019) over een driehoeksverhouding van een man, zijn mannelijke robot en een vrouw, maar de hoofdstukken zijn met sterretjes onderverdeeld in scènes, die soms 3 pagina’s tellen en soms 16
.

Rosenbooms grillen
Uiteenlopend is de hoofdstuklengte van Thomas Rosenboom: Publieke werken (1999). Hij verdeelt zijn 488 pagina’s over 22 hoofdstukken plus een pro- en een epiloog. Zijn kortste hoofdstuk telt slechts 9 pagina’s, zijn langste 42. Hé, dat lijkt op mijn boek. Ook zijn onderverdeling met *** is grillig.
Ongeveer dezelfde omvang maar twee keer zoveel hoofdstukken heeft Stendhal: Le rouge et le Noir (1830). Ook hier is de indeling kwantitatief gezien willekeurig. Het kortste chapitre is slechts 3 pagina’s, het langste 15. Kennelijk bevind ik mij in goed gezelschap. Beide genoemde meesterwerken hebben trouwens hoofdstukken met namen, zoals mijn manuscript.

Plattelandsgeneugten
Rosenbooms boek heeft zijn 37-ste druk bereikt, Rood en zwart is na 189 jaar nog steeds te koop, De kat is sinds 1915 tien keer herdrukt. Het is nog te vroeg om te zien of Machines like me net zo’n kraker wordt, maar de voortekenen zijn gunstig. Er lijkt geen relatie te bestaan tussen succes en hoofdstukbeleid. Mijn research-adviseur heeft waarschijnlijk gelijk als ze zegt: “besteed geen tijd aan die uiteenlopende hoofdstuklengtes, dat doet er niet toe.”
Of hoofdstukken titels dragen, maakt kennelijk ook weinig uit. Stendhal voert zijn lezers echter zo sfeervol langs hoofdstuktitels als Une petite ville, Un père et un fils en Les plaisirs de la campagne, dat ik aan de hoofdstuklengte weinig tijd meer zal besteden. De hoofdstuknamen, daar ga ik uitgebreid voor zitten.


Met dank aan Cécile Sanders (research) en Angeline Jansen (eindredactie) 
De simpelste manier om te reageren is via facebook of michiel.nooren@outlook.com. Onder dit blog komt het reactieveld tevoorschijn als je klikt op Opmerkingen. Klik de klaplijst achter Reageer als open en klik op Naam/URL. Voer je naam in en als URL: www.mn.nl. Jouw naam komt dan in het reactieveld.

Geen opmerkingen:

Een reactie posten